De verte is wazig en het verleden gehuld in mist. De vliegeniersmuts staat nog op zijn kruin. Het is de pet die met hem mee de wereld rondreisde. Niet in een vliegtuig, maar met de trein, bus, vrachtwagens, fietsen, brommers … Ja wat eigenlijk niet. Dwars door de Sahara ging het in een met mensen, kinderen, vee en goederen afgeladen hotsenbotsende vrachtwagen. Vriendelijk en vrolijk reisde hij zijn leven lang verder en terug.
Zojuist heeft hij een fles Natterman gehaald om de kriebelhoest die hem wakker houdt te verdrijven. 's Nachts gaan zijn gedachten van van A naar B en weer verder. Of eigenlijk vlak voordat ze ergens aankomen draaien ze weg en gaan een andere kant op. Het brengt hem alleen maar vermoeidheid en dan ook nog die klote hoest. Nog even draalt hij voor het raam van de drogist.
De starende blik ziet niets. Niet de kinderen die knikkeren en even hun game consoles zijn vergeten vanwege - de wel steeds minder vaak voorkomende - knikkertijd; ook niet dat ze daarbij oortjes in hebben; ieder met zijn eigen muziek. Hij merkt niet dat zijn portret as-we-peer en on-the-spot wordt opgestuurd naar Facebook door een man met I-pod die langs loopt, zodat hij meteen wereldwijd te zien is. He's lost in zijn eigen goddamned Rory-Galagher-hometown, waarheen hij terugkeerde. Je kan niet terug, blijkbaar.
De groenteboer en bakker zijn verdwenen en ingeruild voor het bedrijf van Albert Heijn. Twee van die supermarkten zijn er in zijn straat. Het is alsof ze om de rest dood te concurreren elkaar ook de das zullen omdoen. De kleine winkeltjes, met waspoeder, een fanta, sigaretten en alle andere onmisbare zaken van een Libanees in West-Afrika, een Indiër in Singapore of een Chinees in Suriname zouden niet zo op de lip van een ander gaan zitten. Zeker niet in een buitenwijk. Goed dat de drogist er nog is.
Hij ziet zichzelf in de verstofte mist wegvluchten uit de pijn van een relatie. Maar of het ook anders had gekund dat ziet hij niet. Hij drukt even zijn trotse muts aan en kijkt naar boven. In de lucht komt een oranje gekleurd vliegtuig over. Zijn gedachten verdwalen naar nu en wat later nog komt. Eerst een slok en dan maar verder zien.
Dan is hij weg. Hij had zelfs even mogen vliegen op het laatste stuk naar San Salvador. De volgende dag stapt de vliegenier uit een taxi op een prachtig pleintje met een witte kerk. Het leek wel het pleintje uit Pour elle, een film die hij gisteren zag. In die film was het net iets warmer.
Martin Broek
Zojuist heeft hij een fles Natterman gehaald om de kriebelhoest die hem wakker houdt te verdrijven. 's Nachts gaan zijn gedachten van van A naar B en weer verder. Of eigenlijk vlak voordat ze ergens aankomen draaien ze weg en gaan een andere kant op. Het brengt hem alleen maar vermoeidheid en dan ook nog die klote hoest. Nog even draalt hij voor het raam van de drogist.
De starende blik ziet niets. Niet de kinderen die knikkeren en even hun game consoles zijn vergeten vanwege - de wel steeds minder vaak voorkomende - knikkertijd; ook niet dat ze daarbij oortjes in hebben; ieder met zijn eigen muziek. Hij merkt niet dat zijn portret as-we-peer en on-the-spot wordt opgestuurd naar Facebook door een man met I-pod die langs loopt, zodat hij meteen wereldwijd te zien is. He's lost in zijn eigen goddamned Rory-Galagher-hometown, waarheen hij terugkeerde. Je kan niet terug, blijkbaar.
De groenteboer en bakker zijn verdwenen en ingeruild voor het bedrijf van Albert Heijn. Twee van die supermarkten zijn er in zijn straat. Het is alsof ze om de rest dood te concurreren elkaar ook de das zullen omdoen. De kleine winkeltjes, met waspoeder, een fanta, sigaretten en alle andere onmisbare zaken van een Libanees in West-Afrika, een Indiër in Singapore of een Chinees in Suriname zouden niet zo op de lip van een ander gaan zitten. Zeker niet in een buitenwijk. Goed dat de drogist er nog is.
Hij ziet zichzelf in de verstofte mist wegvluchten uit de pijn van een relatie. Maar of het ook anders had gekund dat ziet hij niet. Hij drukt even zijn trotse muts aan en kijkt naar boven. In de lucht komt een oranje gekleurd vliegtuig over. Zijn gedachten verdwalen naar nu en wat later nog komt. Eerst een slok en dan maar verder zien.
Dan is hij weg. Hij had zelfs even mogen vliegen op het laatste stuk naar San Salvador. De volgende dag stapt de vliegenier uit een taxi op een prachtig pleintje met een witte kerk. Het leek wel het pleintje uit Pour elle, een film die hij gisteren zag. In die film was het net iets warmer.
Martin Broek
Als antwoord op een oproep iets te maken bij bovenstaande tekening: ‘De Vliegenier’, illustratie B. Jansma uit 'Beppe Maaike's Ondraaglijke Vertellingen'
Tijdens schaven aan de tekst en het maken van dit blog,
luisterde ik naar deze muziek:
Tijdens schaven aan de tekst en het maken van dit blog,
luisterde ik naar deze muziek:
8 opmerkingen:
Wat een mooi verhaal Martin. Super!
Hij is fijn!
Mooi om te lezen hoe ook deze keer iedereen weer zo zijn eigen invulling geeft aan deze mooie prent
De muziek was niet te beluisteren, ik weet niet of je dat gezien hebt.
groet
de vliegenier ben ik
of jij
gr hennie
een mooi scenario voor een kortfilm ...
He's lost in zijn eigen goddamned Rory-Galagher-hometown..
wat mooi!
Wat een krachtig geschreven stuk. Mooie zinnen, goeie inhoud. Kortom - een goed verhaal!
Wat een aardige reacties bij terugkomst na een paar dagen zon.
Hennie ik weet niet of jij ook die vliegenier bent en welke dan wel. Daarnet heb ik ze allemaal gelezen; van steen tot ziel, van kind tot dood of versleten. In dit verhaal zit ook een veel van mij.
De muziek heb ik weer geplaatst. Het zal wel weer van YouTube gehaald worden. Zoek dan zelf naar Bitches Brew want die muziek is prachtig.
Een reactie posten