Plattegrond van Harderwijk gemaakt door de Gelderse cartograaf Nicolaas Geelkercken, hij was verantwoordelijk voor de kaarten en bijzondere stadsplattegronden met profielaanzichten. De gravures zijn verkleinde weergaven van zijn eerdere kaarten, welke verschenen in het werk van Isaac Pontanus (1639). (bron) |
Van ansichtkaarten site |
Mijn oma liet een map met ansichtkaarten na die ze tijdens haar leven kreeg. De eerste kaarten stammen uit 1917, toen ze nog een klein meisje was. Opmerkelijk veel kaarten komen uit de badplaatsen. Ook uit het brakke Harderwijk.
Uit een trein vol scholieren en forenzen fiets ik meteen mijn eerste kaart in. Maar het duurt even voordat ik dat door heb. De Stationslaan heeft niet meer dat statige van tachtig jaar geleden. Het is een verrommelde verkeersader met vrijstaande en twee-onder-één-kap-woningen. Het fietspad neemt het laatste restje 19e eeuwse grandeur weg. Alleen het Christelijk College Nassau Veluwe ademt nog gezag.
“De gehele historie van Harderwijk ligt besloten binnen de stadsmuren, waarvan gedeelten alsmede de Vischpoort en de Smeepoort nog altijd fier overeind staan,” schrijft de gemeente op haar website. De oude kern wordt bewaard. Wat daar buiten ligt gaat mee met de tijd. De mooie Stationslaan is te jong en niet gespaard. Toch zijn die stadslanen uit de 19e eeuw over tweehonderd jaar ook oud en bijzonder.
Harderwijk is ouder dan ik besefte. Als ik vraag naar de Vispoort krijg ik een prima aanwijzing en de raad: "geniet van onze mooie oude centrum." Dat doe ik. Ook van de kleine buurwinkels waar ik binnenkijk.
Al in 1231 verleende Graaf Otto van Gelre en Zutphen de plaats markt- en stadsrechten. De stad groeide uit tot een regionaal handelscentrum met o.a. rond 1500 de belangrijkste vismarkt van de Zuiderzee. Aan de universiteit promoveerden mensen als Boerhave en Linnaeus.
Na 1932 zou het karakter van Harderwijk snel gaan veranderen. De Zuiderzee werd IJsselmeer. Zoutwater werd zoetwater. In dat meer verrees in 1968 Flevoland. De stad lag niet langer aan een groot meer, maar aan het Wolderwijd. De 20e eeuw was voor Harderwijk ingrijpend. De stad zou vooral bekend worden door het Dolfinarium. Toerisme en dus ook het behoud van oude gebouwen zijn daarom belangrijk.
Ik reed door mooie nauwe straatjes en over de Vismarkt naar de Vispoort. Het tweede doel van mijn tocht. Er is op het eerste gezicht niet veel veranderd aan het bouwwerk sinds de foto voor de kaart van mijn oma is gemaakt. Een klein huisjes tegen stadsmuur is verdwenen en ook het witte pleisterwerk op de poort. De stadsmuur is uitgebreid. De poort is ouder gemaakt. Er is meer. Kijk zelf maar.
Grotere kaart weergeven
De Vispoort was de schakel tussen zee en markt. Hij is laat 14e eeuw gebouwd. In het begin heette hij Lagebrugge. In 1537 werd hij uitgebreid met een poortgebouw. Dit deed ook dienst als vuurtoren om schepen naar binnen te leiden. Dat poortgebouw staat er nog steeds. In de late middeleeuwen lagen buiten de poort twee havenbruggen waaraan schepen konden aanleggen. Zee is een groot woord voor de wateren buiten de stadsmuren. Ze waren zo ondiep dat schepen op de rede voor anker moesten. Maar soms hield die zee huis en werden stukken land en havenbruggen weggeslagen. Buiten de poort lag in de 18e eeuw vermoedelijk een scheepswerf. Het gebied was een speelbal van water en wind, een ondiepte waar land weggeslagen werd. Nu is het een plek voor toeristen.
Maar ik zoek nog naar de huisjes, waarvan er één op de kaart staat en dat nu verdwenen lijkt te zijn. Er zijn ansichtkaarten waar ze nog duidelijker op staan. Dat die huisjes konden verdwijnen zonder dat daarover op het internet informatie verscheen verbaast me. Gelukkig geeft Jeroen de Jong van de Oudheidkundige Vereniging Herderewich een antwoord op mijn vraag: "De huisjes zijn halverwege vorige eeuw verdwenen (gesloopt) net als de trap bij de Vischpoort. De huisjes waren "armenhuisjes" en er woonden gezinnen in. Zelfs gezinnen van 8 personen."
Nu blijft alleen de verbazing dat mijn kaart met een 19e eeuwse laan moeilijker herkenbaar is dan een kaart van een 16e eeuws gebouw. Dit terwijl die laan toch ook markant was.
Uit een trein vol scholieren en forenzen fiets ik meteen mijn eerste kaart in. Maar het duurt even voordat ik dat door heb. De Stationslaan heeft niet meer dat statige van tachtig jaar geleden. Het is een verrommelde verkeersader met vrijstaande en twee-onder-één-kap-woningen. Het fietspad neemt het laatste restje 19e eeuwse grandeur weg. Alleen het Christelijk College Nassau Veluwe ademt nog gezag.
“De gehele historie van Harderwijk ligt besloten binnen de stadsmuren, waarvan gedeelten alsmede de Vischpoort en de Smeepoort nog altijd fier overeind staan,” schrijft de gemeente op haar website. De oude kern wordt bewaard. Wat daar buiten ligt gaat mee met de tijd. De mooie Stationslaan is te jong en niet gespaard. Toch zijn die stadslanen uit de 19e eeuw over tweehonderd jaar ook oud en bijzonder.
Harderwijk is ouder dan ik besefte. Als ik vraag naar de Vispoort krijg ik een prima aanwijzing en de raad: "geniet van onze mooie oude centrum." Dat doe ik. Ook van de kleine buurwinkels waar ik binnenkijk.
Al in 1231 verleende Graaf Otto van Gelre en Zutphen de plaats markt- en stadsrechten. De stad groeide uit tot een regionaal handelscentrum met o.a. rond 1500 de belangrijkste vismarkt van de Zuiderzee. Aan de universiteit promoveerden mensen als Boerhave en Linnaeus.
Na 1932 zou het karakter van Harderwijk snel gaan veranderen. De Zuiderzee werd IJsselmeer. Zoutwater werd zoetwater. In dat meer verrees in 1968 Flevoland. De stad lag niet langer aan een groot meer, maar aan het Wolderwijd. De 20e eeuw was voor Harderwijk ingrijpend. De stad zou vooral bekend worden door het Dolfinarium. Toerisme en dus ook het behoud van oude gebouwen zijn daarom belangrijk.
Ik reed door mooie nauwe straatjes en over de Vismarkt naar de Vispoort. Het tweede doel van mijn tocht. Er is op het eerste gezicht niet veel veranderd aan het bouwwerk sinds de foto voor de kaart van mijn oma is gemaakt. Een klein huisjes tegen stadsmuur is verdwenen en ook het witte pleisterwerk op de poort. De stadsmuur is uitgebreid. De poort is ouder gemaakt. Er is meer. Kijk zelf maar.
Grotere kaart weergeven
De Vispoort was de schakel tussen zee en markt. Hij is laat 14e eeuw gebouwd. In het begin heette hij Lagebrugge. In 1537 werd hij uitgebreid met een poortgebouw. Dit deed ook dienst als vuurtoren om schepen naar binnen te leiden. Dat poortgebouw staat er nog steeds. In de late middeleeuwen lagen buiten de poort twee havenbruggen waaraan schepen konden aanleggen. Zee is een groot woord voor de wateren buiten de stadsmuren. Ze waren zo ondiep dat schepen op de rede voor anker moesten. Maar soms hield die zee huis en werden stukken land en havenbruggen weggeslagen. Buiten de poort lag in de 18e eeuw vermoedelijk een scheepswerf. Het gebied was een speelbal van water en wind, een ondiepte waar land weggeslagen werd. Nu is het een plek voor toeristen.
Maar ik zoek nog naar de huisjes, waarvan er één op de kaart staat en dat nu verdwenen lijkt te zijn. Er zijn ansichtkaarten waar ze nog duidelijker op staan. Dat die huisjes konden verdwijnen zonder dat daarover op het internet informatie verscheen verbaast me. Gelukkig geeft Jeroen de Jong van de Oudheidkundige Vereniging Herderewich een antwoord op mijn vraag: "De huisjes zijn halverwege vorige eeuw verdwenen (gesloopt) net als de trap bij de Vischpoort. De huisjes waren "armenhuisjes" en er woonden gezinnen in. Zelfs gezinnen van 8 personen."
Nu blijft alleen de verbazing dat mijn kaart met een 19e eeuwse laan moeilijker herkenbaar is dan een kaart van een 16e eeuws gebouw. Dit terwijl die laan toch ook markant was.
5 opmerkingen:
Mooi, Martin ! Het is lang geleden dat ik daar voor het laatst was. Ook op de fiets. Laatst heb ik er nog eens rondgekeken met Google Streetview, het zag er erg modern opgeleukt uit. Eerdaags ga ik er weer heen, want voor mijn andere blog ben ik begonnen met een serie over de oude Zuiderzeekust...
Jan het veel werk om dit soort blogs over te planten. Nu swtaat hij er redelijk. Ik ga de andere drie ook doen en kom dan met een nieuw blog in deze serie.
De Zuiderzeekust is een liefde van me. Ik zou graag met de familie een rondje fietsen bij wijze van vakantie. Maar helaas ben ik de enige fietser hier.
Overigens vond ik het nog steeds heel sfeervol. Niet alles, maar wel vrij veel.
O ja, jij had ook iets over het witte dijkhuis tussen Muiden en Muiderberg, toch...? Dat is ook een mooi stuk Zuiderzee...
Er is wel meer. Op het blog van mijn Alter Ego vond ik nog dit: de-zuiderzee-dat-is-lang-geleden.html
Een reactie posten